safari deel 1
Blijf op de hoogte en volg L & M
27 Juni 2019 | Tanzania, Arusha
Jambo,
op een wip en een gauw even een blogje posten voordat de wifi het weer begeeft.
23 juni
We starten onze safari in Keratu. Van Moshi naar Keratu is een uur of 5 rijden. Het is niet ver in kilometers maar je mag er maar 50 of 30 rijden.
Onze gids heet Amir en is een man een jaar of 50.
We gaan naar het High View Hotel. Dit hotel ligt op een heuvel en je ziet het kleurrijke panorama over prachtige dalen met kleine veldjes en koffieplantages. De koffieplantages worden omheind door chilipeperplanten om de koffieplanten te beschermen tegen olifanten die de koffieplant erg lekker vinden. Het personeel van High View hotel zijn overwegend Maasai in hun speciale kleding. Zij dragen de koffers naar de kamer en beschermen het hotel ’s nachts tegen dieren.
24 juni
We rijden eerst langs het Ngorongoro conservation area zonder erin te gaan maar als we onderweg even stoppen kunnen we de krater inkijken. Zo mooi en overweldigend is het uitzicht.
Het Ngorongoro conservation area ligt in een kratermond. De randen van de krater liggen op 2400 m. Er is een weg in en een weg uit. Tegenliggende auto’s kunnen niet passeren. Rondom de kratermond ligt een goede weg waar iedereen passeert.
De krater bestaat uit 260m2 grote vruchtbare katerbodem en deze ligt op 1500 m. Daar is savanne, moerassen, meren, kleine rivieren, acaciabos en een zoutwatermeer. De Ngorongoro-krater is de grootste intacte caldera (ingestorte vulkaankegel) ter wereld. Hij bevindt zich ten noordwesten van Arusha in Tanzania. Deze vulkaanresten zijn vermoedelijk 2-3 miljoen jaar geleden ontstaan uit een vulkaan die zo'n vijf kilometer hoog geweest moet zijn.
De kraterwand schermt het gebied in de krater grotendeels af tegen de toevallige migratie van de dieren. De leeuwenpopulatie vertoont daardoor een sterke inteelt. De scheiding van andere leeuwen wordt versterkt door de Maasaibewoning tussen deze populaties. Anderzijds kunnen trekkende kuddedieren zoals gnoes de krater wel bezoeken. In de krater leven permanent naar schatting 25.000 grotere zoogdieren en op het hoogtepunt 500.000. Daarmee is dit één van de dichtstbevolkte wildgebieden ter wereld. De Ngorongoro-krater was deel van het Serengeti-natuurreservaat sinds zijn ontstaan in 1951 en werd in 1959 een zelfstandig natuurgebied. Sinds 1979 staat de krater op de UNESCO-lijst als werelderfgoed.
Bijna alle grote Afrikaanse dieren komen voor in de krater: zebra's, gnoes, zwarte neushoorns, olifanten, leeuwen, jachtluipaarden, en nijlpaarden. De gnoepopulatie in de krater neemt niet deel aan de grote migratie tussen de Serengeti en de Masai Mara. Een opvallende afwezige in de krater is de giraffe: door hun lange nek en lange poten kunnen zij de steile afdaling naar de bodem van de krater niet maken. Ook krokodillen, impala's, lierantilopen en oribi's komen niet in de krater voor.
De Maasai dragen traditionele rode kledij. Zij leven van rundvee en geiten. Zij drinken het bloed van de koe en weten op tijd te stoppen met bloed af te tappen zodat de koe niet sterft. Zij drinken ook de melk van de koe. Zij wonen in kleine ronde hutjes in een cirkel opgesteld, gemaakt van klei, takken en koeienmest. Dank zij deze bouwstijl kan een dorp naar nieuwe oorden trekken als er geen gras meer is voor het vee. Zij gaan rond met hun vee en zijn eigenlijk nomaden maar dat een heel dorp zomaar weer verhuist gebeurt niet zo vaak meer. De vrouwen houden zich bezig met kralenkunst en proberen dit te verkopen.
Serengeti.
Is het oudste nationaal park van Tanzania en strekt zich uit over 14.500 km2.
Het landschap wordt afgewisseld met kleine meertjes en stroompjes. Verspreid over het park leven olifanten, nijlpaarden, neushoorns, giraffen, buffels, gnoes, zebra’s, leeuwen, luipaarden, cheeta’s en struisvogels. Dit park heeft een grote concentratie dieren. Tijdens de cirkelvormige migratie, een van de grootste natuurfenomenen, trekken honderdduizenden gnoes, zebra’s en gazellen van de ene plek naar de andere om de regen te volgen. Start in oktober om dan in april weer terug te keren.
De Serengeti, de naam afgeleid van de Maasai-taal (Siringet), en betekent letterlijk "Eindeloze vlaktes", is een streek van savannes en boslandschappen in Afrika, verdeeld over het noorden van Tanzania en het zuiden van Kenia, over een oppervlakte van ongeveer 30.000 km². Tachtig procent ligt in Tanzania. De Serengeti omvat ook (in Tanzania) het Nationaal Park Serengeti, de Ngorongorokrater en het wildreservaat Maswa en (in Kenia) het reservaat Masai Mara.
Nadat we over de kraterrand de Serengeti inreden kwamen we al ons eerste dier tegen: de baviaan, met zijn allen langs de kant van de weg. De dieren in de Serengeti zijn niet bang van de auto’s die in het park rondrijden. Zij hebben geleerd dat deze brommende metalen voorwerpen niets doen.
Soms zoeken zij zelfs de schaduw van de auto op om in te liggen. Zo kun je met de auto natuurlijk tot dicht bij de dieren komen zonder dat zij gaan lopen.
Er waren redelijk wat auto’s in het park en waar de auto’s op elkaar gedromd stonden, daar was iets te zien.
Op onze tocht zijn we tegen gekomen: Maasai giraf en Maasai struisvogel (die heten Maasai omdat ze rondlopen op Maasaigebied), secretarisvogel, afrikaanse gier, arend, leeuwen (mannelijk en vrouwelijk en een kleintje), cheetakleintje en cheeta’s, chivetkat, dikdik (de kleinste antilope op 1 na), thomsongazelle, grand gazelle, hartebeest, wildebeest, zebra’s, impala’s, en nog een boel vogels met schitterende kleuren, hagedissen met mooie kleuren. We konden tot zeer dicht bij de leeuwen komen en bij de cheeta’s, die leken wel voor ons te poseren. De gazelle, zebra en wildebeesten liepen zo voor onze auto de weg over.
Het was een hele vruchtbare dag en onderweg begon het wat te regenen. Wat natuurlijk goed is want het is erg stoffig onderweg. ’s Middags krijgen we lunch uit een kartonnen doos. Ik vind dat niet zo lekker maar je ziet dat elke toerist z’n doos mee krijgt. Er is water genoeg in de auto en onze gids stopt overal waar we foto’s willen maken.
In ons hotel aangekomen wachten de Maasai weer om onze koffers naar de kamer te dragen. We logeren voor 1 nacht in het park in een superluxe hotel en de zebra’s en buffels lopen letterlijk in onze tuin. ’s Avonds hoor je de dieren maar je ziet ze niet. We mogen als het donker is niet alleen naar de kamer en we moeten altijd voor een escort bellen die ons in het donker begeleidt. We hebben ook een eigen butler die alles voor ons organiseert en die ons bedient aan tafel.
Na het avondeten hebben we op ons eigen terras nog wat gedronken onder het geluid van de dieren in onze tuin. Ook zijn we bijna opgegeten door de muggen maar dat hoort bij het safarileven.
Yes, this is Africa
xxjes van ons
op een wip en een gauw even een blogje posten voordat de wifi het weer begeeft.
23 juni
We starten onze safari in Keratu. Van Moshi naar Keratu is een uur of 5 rijden. Het is niet ver in kilometers maar je mag er maar 50 of 30 rijden.
Onze gids heet Amir en is een man een jaar of 50.
We gaan naar het High View Hotel. Dit hotel ligt op een heuvel en je ziet het kleurrijke panorama over prachtige dalen met kleine veldjes en koffieplantages. De koffieplantages worden omheind door chilipeperplanten om de koffieplanten te beschermen tegen olifanten die de koffieplant erg lekker vinden. Het personeel van High View hotel zijn overwegend Maasai in hun speciale kleding. Zij dragen de koffers naar de kamer en beschermen het hotel ’s nachts tegen dieren.
24 juni
We rijden eerst langs het Ngorongoro conservation area zonder erin te gaan maar als we onderweg even stoppen kunnen we de krater inkijken. Zo mooi en overweldigend is het uitzicht.
Het Ngorongoro conservation area ligt in een kratermond. De randen van de krater liggen op 2400 m. Er is een weg in en een weg uit. Tegenliggende auto’s kunnen niet passeren. Rondom de kratermond ligt een goede weg waar iedereen passeert.
De krater bestaat uit 260m2 grote vruchtbare katerbodem en deze ligt op 1500 m. Daar is savanne, moerassen, meren, kleine rivieren, acaciabos en een zoutwatermeer. De Ngorongoro-krater is de grootste intacte caldera (ingestorte vulkaankegel) ter wereld. Hij bevindt zich ten noordwesten van Arusha in Tanzania. Deze vulkaanresten zijn vermoedelijk 2-3 miljoen jaar geleden ontstaan uit een vulkaan die zo'n vijf kilometer hoog geweest moet zijn.
De kraterwand schermt het gebied in de krater grotendeels af tegen de toevallige migratie van de dieren. De leeuwenpopulatie vertoont daardoor een sterke inteelt. De scheiding van andere leeuwen wordt versterkt door de Maasaibewoning tussen deze populaties. Anderzijds kunnen trekkende kuddedieren zoals gnoes de krater wel bezoeken. In de krater leven permanent naar schatting 25.000 grotere zoogdieren en op het hoogtepunt 500.000. Daarmee is dit één van de dichtstbevolkte wildgebieden ter wereld. De Ngorongoro-krater was deel van het Serengeti-natuurreservaat sinds zijn ontstaan in 1951 en werd in 1959 een zelfstandig natuurgebied. Sinds 1979 staat de krater op de UNESCO-lijst als werelderfgoed.
Bijna alle grote Afrikaanse dieren komen voor in de krater: zebra's, gnoes, zwarte neushoorns, olifanten, leeuwen, jachtluipaarden, en nijlpaarden. De gnoepopulatie in de krater neemt niet deel aan de grote migratie tussen de Serengeti en de Masai Mara. Een opvallende afwezige in de krater is de giraffe: door hun lange nek en lange poten kunnen zij de steile afdaling naar de bodem van de krater niet maken. Ook krokodillen, impala's, lierantilopen en oribi's komen niet in de krater voor.
De Maasai dragen traditionele rode kledij. Zij leven van rundvee en geiten. Zij drinken het bloed van de koe en weten op tijd te stoppen met bloed af te tappen zodat de koe niet sterft. Zij drinken ook de melk van de koe. Zij wonen in kleine ronde hutjes in een cirkel opgesteld, gemaakt van klei, takken en koeienmest. Dank zij deze bouwstijl kan een dorp naar nieuwe oorden trekken als er geen gras meer is voor het vee. Zij gaan rond met hun vee en zijn eigenlijk nomaden maar dat een heel dorp zomaar weer verhuist gebeurt niet zo vaak meer. De vrouwen houden zich bezig met kralenkunst en proberen dit te verkopen.
Serengeti.
Is het oudste nationaal park van Tanzania en strekt zich uit over 14.500 km2.
Het landschap wordt afgewisseld met kleine meertjes en stroompjes. Verspreid over het park leven olifanten, nijlpaarden, neushoorns, giraffen, buffels, gnoes, zebra’s, leeuwen, luipaarden, cheeta’s en struisvogels. Dit park heeft een grote concentratie dieren. Tijdens de cirkelvormige migratie, een van de grootste natuurfenomenen, trekken honderdduizenden gnoes, zebra’s en gazellen van de ene plek naar de andere om de regen te volgen. Start in oktober om dan in april weer terug te keren.
De Serengeti, de naam afgeleid van de Maasai-taal (Siringet), en betekent letterlijk "Eindeloze vlaktes", is een streek van savannes en boslandschappen in Afrika, verdeeld over het noorden van Tanzania en het zuiden van Kenia, over een oppervlakte van ongeveer 30.000 km². Tachtig procent ligt in Tanzania. De Serengeti omvat ook (in Tanzania) het Nationaal Park Serengeti, de Ngorongorokrater en het wildreservaat Maswa en (in Kenia) het reservaat Masai Mara.
Nadat we over de kraterrand de Serengeti inreden kwamen we al ons eerste dier tegen: de baviaan, met zijn allen langs de kant van de weg. De dieren in de Serengeti zijn niet bang van de auto’s die in het park rondrijden. Zij hebben geleerd dat deze brommende metalen voorwerpen niets doen.
Soms zoeken zij zelfs de schaduw van de auto op om in te liggen. Zo kun je met de auto natuurlijk tot dicht bij de dieren komen zonder dat zij gaan lopen.
Er waren redelijk wat auto’s in het park en waar de auto’s op elkaar gedromd stonden, daar was iets te zien.
Op onze tocht zijn we tegen gekomen: Maasai giraf en Maasai struisvogel (die heten Maasai omdat ze rondlopen op Maasaigebied), secretarisvogel, afrikaanse gier, arend, leeuwen (mannelijk en vrouwelijk en een kleintje), cheetakleintje en cheeta’s, chivetkat, dikdik (de kleinste antilope op 1 na), thomsongazelle, grand gazelle, hartebeest, wildebeest, zebra’s, impala’s, en nog een boel vogels met schitterende kleuren, hagedissen met mooie kleuren. We konden tot zeer dicht bij de leeuwen komen en bij de cheeta’s, die leken wel voor ons te poseren. De gazelle, zebra en wildebeesten liepen zo voor onze auto de weg over.
Het was een hele vruchtbare dag en onderweg begon het wat te regenen. Wat natuurlijk goed is want het is erg stoffig onderweg. ’s Middags krijgen we lunch uit een kartonnen doos. Ik vind dat niet zo lekker maar je ziet dat elke toerist z’n doos mee krijgt. Er is water genoeg in de auto en onze gids stopt overal waar we foto’s willen maken.
In ons hotel aangekomen wachten de Maasai weer om onze koffers naar de kamer te dragen. We logeren voor 1 nacht in het park in een superluxe hotel en de zebra’s en buffels lopen letterlijk in onze tuin. ’s Avonds hoor je de dieren maar je ziet ze niet. We mogen als het donker is niet alleen naar de kamer en we moeten altijd voor een escort bellen die ons in het donker begeleidt. We hebben ook een eigen butler die alles voor ons organiseert en die ons bedient aan tafel.
Na het avondeten hebben we op ons eigen terras nog wat gedronken onder het geluid van de dieren in onze tuin. Ook zijn we bijna opgegeten door de muggen maar dat hoort bij het safarileven.
Yes, this is Africa
xxjes van ons
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley
